In een tot oratorium omgebouwde Middeleeuwse Romeinse kapel komt een orkest bijeen voor een repetitie. De muzikanten arriveren en er wordt uitgelegd dat er een TV ploeg aanwezig is om opnamen te maken. De muzikanten vertellen over hun instrumenten. De Duitse dirigent arriveert en de repetitie begint. De dirigent schreeuwt en beledigt. Dan wordt er een pauze van 20 minuten ingelast. In zijn kleedkamer legt de dirigent uit hoe de muziekwereld is verandert en dat er geen respect meer voor een dirigent is. Hij keert terug naar de oefenruimte en vindt een orkest terug dat volledig in opstand is gekomen. Wat kan hen weer doen terugkeren naar de muziek?